Obligatie 1-2-1751 Geertien Harmens en Lambert Geerts
Jan Homan wegens Hooger Ooverigheit Schults Oover Anlo Gieten en Zuitlaren etc. doe land ende betuige door desen dat op heden den 1 Februari 1751 in Eigenar personen voor mij Schults en twee gequaelijfijsierde Coornoten geerfdens in de merckte van Zuitlaren de warende Ette Claes Tammink en Roelof Clasens is gecompariert Lambert Geerts en sijn schoonmoeder Geertien Harmens laeste weduw. van Jan Jans op Zuitlaerveene versilarinde de comparanten in Goedenge reden ganghbaren gelde ontvangen te hebben van de Diaconie van Zuitlaren een somma van vierhondert caroli guld. welke penningen souden worden geimplooieert tot aflossinge van een cappitaal ande Erfgenaemen van wijlen de Ette Jan Sissing tot Suidlaren en wegens agterstallige Renten van twee Oobligatien ten laste van Diaconie tot Zuitlaren hebben comparanten an genomen te samen te verenten en ieder int besonder om dit eastael jaarlix te verrenten met vier diergelike guldens van het hondert het eerste jaer Rente sal verschenen wesen op heden dato oover een jaer en soo van jaer tot jaer ter tijt toe dat den eersten met den saeften pennink sal wesen vodaen en betaalt welke losse an weer canten vri staet om den een den ander en een vier en diel jaers voor den verschijn dag te moeten op seggen waer mede het selve vri cost en schaedeloos sal worden opgebragt voor wel sie penningen de comparanten ten waren onderpants hebben gestelt alle hare hebbende en toekomende goederen hoe of waer deselve gelegen en bevonden mogten worden en daer en bovens heeft Barelt Jans op Zuitlaerveen hem ingelaten als selfs schuldige borge voor capitael en renten om in cas van wan betalinge uit sijn goederen der waerheit te soeken tot bestenissen hebben comparanten te samen en borge hijr van den stock geleght nae mannier van Drenschen Landregt welke gelegte stock door die diaconen van Zuitlaren de waren Hinrik Steins, Egbert Hovinge, Hinrik Hamminck, Jan Wieringe in gelike forma wederom is op en angenomen in presentie van ons Schults en coornoten in oorkonde der waerheit hebben wij Schults en coornoten desen benevens comparanten en borge desen Eigen handig geondertekent en bovens dien hebbe ik desen met mijn amtssegul bekragtigt.
Actum Zuitlaren den 1 Feberwari 1751
--------------------------------------------
In de kantlijn staat obligatie gaat over op Geert Lamberts Van nevenstaende capitaal volgens versegelde stokleging obligatie in dato d: 1 febru. 1751 aan mij een qutantie vertoond getekend door Jan Derks, Cooster, Jacob Braam en H:strating als Diaconen van Zuidlaren en dato den 31 Jan. 1778 staande op een ander versegelde stokleggens obligatie mede vermeld in dato d: 13 feb. 1713 dus dezen ten versoeke van Geert Lamberts hebbe gepaceert d: 24 maart 1778
